Zondag 12 juli
Zondag hebben we allemaal uitgeslapen. We zijn ’s middags naar een winkelcentrum vlakbij het station gegaan. Winkelcentra zijn sowieso niet echt mijn ding, maar deze viel al helemaal tegen. Hij was kleiner dan we hadden verwacht en ook de prijzen waren hoger dan gedacht. Het was daarnaast bijna eng modern, voor Wit-Russische begrippen dan. We hebben er een uur rondgelopen en wat gedronken, toen zijn we weer naar de общежитие gegaan.
Vandaag viel het weer eens op hoe ontzettend veel politieagenten en soldaten er hier op straat lopen. Je ziet op elk moment wel een agent of een man in legeruniform en je kunt geen metro instappen zonder bij een stel politieagenten in de buurt te zitten. Ze dragen ook allemaal verschrikkelijk ouderwetse uniformen, waardoor ze nog meer afsteken tegen het gewone straatleven. Er zijn in Wit-Rusland 1500 politieagenten per 100.000 inwoners waarvan het overgrote deel in Minsk werkt, het land wordt niet voor niets een politiestaat genoemd. Ter vergelijking: Nederland telt 294 agenten per 100.000 inwoners. Aan de andere kant moet ik wel zeggen dat ik me nog nooit ergens zo veilig heb gevoeld als hier. Wanneer je ’s avonds over straat loopt valt niemand je lastig en in de metro heb ik eigenlijk nog geen moment op mijn spullen gelet.
Aan het eind van de middag ben ik gaan hardlopen en hebben we boodschappen gedaan bij onze supermarkt. De caissières (en eigenlijk alle winkelbediendes hier) laten wel wat te wensen over. Ze kijken je niet aan, snauwen en gooien zonder te kijken bonnetjes of waterflessen jouw kant op. En natuurlijk elke keer weer diep zuchten wanneer je iets niet meteen verstaat. Vreemd land.