Chill, of moeilijk a-relaxed
Ik woon al bijna vijf jaar op dezelfde plaats in Leiden. Een van de aangrenzende panden doet dienst als meisjeshuis voor een van de grote verenigingen. Onder mijn raam bevindt zich het binnenplaatsje waar de meisjes op zomeravonden lief en leed delen.
Met mij, onder andere. Door mijn openstaande raam, tweehoog en goed verscholen achter een ventilatiebuis, kan ik hun verhalen woord voor woord volgen. Hebben zij geen idee van. Ik daarentegen weet inmiddels behoorlijk veel over hun verenigingsleven, privéomstandigheden en andere dagelijkse beslommeringen. Te veel.
Zo wordt het mooiweerseizoen elk jaar geopend met discussies over wie er meegevraagd moet worden naar het gala in mei. Het is bij dit gala traditie dat de meisjes de jongens vragen als date, en met die verantwoordelijkheid wordt niet lichtzinnig omgegaan. Meisjes die twijfelen krijgen urenlang advies van hun huisgenoten waarbij de jongens die in aanmerking komen met elkaar worden vergeleken en aan een uitgebreide keuring worden onderworpen.
‘Ja, Thomas is heel cute, maar hij heeft dit jaar al op twee feesten staan kotsen. Daar wil je toch niet mee naar huis?’ Dat komt er namelijk ook nog eens bij: het wordt van je verwacht dat je de nacht doorbrengt met je date. Het is mogelijk om hier onderuit te komen door, zo hoorde ik een meisje haar huisgenote eens instrueren, van tevoren duidelijk aan te geven dat ‘het geen slagroomtaart met kersen wordt’. De dagen na het gala komen de verhalen en wordt het hele gebeuren geëvalueerd.
Andere regelmatig terugkomende onderwerpen van gesprek zijn het vriendje van een van de meisjes met wie het steeds weer uit is maar die telkens weer wonderbaarlijke comebacks maakt, en de vele 21-diners waarvoor de dames zich naar de verste uithoeken van het land moeten bewegen. ‘De ouders van Cindy wonen in Arnhem. Arnhem! Dan zit je al bijna in Duitsland! Zouden ze daar wel kroegen hebben?’
Er wordt aan huisgenoten raad gevraagd betreffende het te dragen jurkje, want ‘Naomi en Elise hadden de vorige keer allebei ook zoiets aan en als ze dat nog een keer doen kunnen de foto’s echt niet op Insta’ en besproken wat wel en niet verteld mag worden in de speeches – de ouders van de jarige zullen er immers ook bij zijn.
Wanneer de avond vordert en de gesprekken steeds meer loskomen wordt er door een van de meisjes resoluut ‘wijn!’ geroepen – het sein dat het tijd is om het raam dicht te doen. Ik heb na al die jaren nog altijd geen idee wat ze studeren, al zet ik hoog in op rechten en psychologie, maar ik weet wel precies wat ze chill of a-relaxed vinden. Alles in het leven valt namelijk in een van die twee categorieën. Een wijntje drinken in het zonnetje na een lange dag in de UB? Chill. College om negen uur ’s ochtends? A-relaxed. Twee hele dagen naar je ouders moeten voor een familieweekend? Moeilijk a-relaxed.
Verder komen me regelmatig roddels over ontgroeningen ter ore die niemand zou geloven wanneer ik ze opschrijf, en wordt er bij de komst van een nieuwe huisgenoot gebrainstormd over de huisontgroening. ‘Duwen we voor of na het adten van vijf glazen whisky een taart in haar gezicht?’ Over kwesties als deze wordt vervolgens een kwartier in alle ernst gedebatteerd, alvorens moeiteloos door te gaan met het volgende vraagstuk: wel of niet uitgaan vanavond? Het antwoord is steevast ja, de uitvoering valt na een paar flessen wijn tegen.
Vorige week zaten ze er voor het eerst weer na de winter. Ik heb mijn raam er speciaal voor opengezet. Laat de zomer maar komen.
Deze column verscheen eerder in de Mare.