Recent
Vandaag
21 November 2024

Triatlonblog #5: “Dan doe je het toch gewoon in het water?”

Op 6 juli was het dan tijd voor mijn tweede triatlon, in Brabant deze keer. Voor de gelegenheid had ik een heuse supportersclub meegenomen: vader, moeder, vriend, oma. Dan moest het wel goedkomen. In de weken voorafgaand aan deze triatlon had ik veel gevraagde en ongevraagde adviezen gekregen die ik graag in de praktijk wilde uittesten. Zo hadden verschillende mensen me erop gewezen dat ik beter niet voluit kon gaan bij het zwemmen, omdat je er weinig verschil kunt maken. Die energie kon ik beter in de andere twee onderdelen stoppen.

Ik was er ook achter gekomen dat een van mijn oudere hardloopmaatjes een paar decennia geleden een vermaard triatleet was. “Heb jij ook wel eens triatlons gedaan, dan?” vroeg ik hem toen hij me een paar tips gaf. “Op de kwart zwom ik de kilometer in dertien minuten, daarna fietste ik 40 per uur en liep ik de tien in 33 minuten, dus ja, ik heb ook wel eens triatlons gedaan.” Ik deed er verbluft het zwijgen toe en nam zijn adviezen daarna net wat beter in me op.

In Oirschot was er een parcours uitgezet dat vooral voor de toeschouwers erg aantrekkelijk was. Het zwemmen gebeurde in het midden van het terrein, het fietsparcours bestond uit rondjes van 6 kilometer aan de ene kant van het water en het loopparcours uit rondjes van 2,5 kilometer aan de andere kant. Toeschouwers konden alle onderdelen zo perfect volgen.

Tijdens onze briefing vlak voor de start begon het helaas te regenen. Voor deelnemers geen probleem, voor de mensen langs de kant erg vervelend. Wel was het ietwat bevreemdend om in de regen in een kanaal te springen. Een minuut of twintig voor de start was ik nog op zoek naar een wc geweest en kwam ik een oude hardloopkennis tegen die tegenwoordig fanatiek triatleet is. Ik vroeg of zij ergens een dixie had gezien. Dat had ze niet. “Anders doe je het toch gewoon in het water?” Die optie was niet eens in me opgekomen. Zo hardcore ben ik nog lang niet.

Even later klonk het startsignaal. Ik zwom op een redelijk tempo weg en merkte dat ik aan alle kanten werd ingehaald. Het kostte wat wilskracht, maar toch lukte het om me aan mijn plan te houden om op 70% te zwemmen en geen energie te verspillen. Ik kwam een aantal keer klem te zitten tussen atleten die echt veel te langzaam zwommen en die ik niet kon inhalen en ik raakte tegen het einde enigszins uit koers waardoor ik wat extra meters moest maken om terug op het parcours te komen, maar verder verliep het zwemmen zonder problemen.

Fris rende ik naar mijn fiets, waar ik direct een beginnersfout ontdekte. Ik was vergeten de klittenbandsluitingen van mijn fietsschoenen alvast los te maken, wat me op een seconde of twintig en een hoop geklungel kwam te staan. Later hoorde ik dat mijn moeder – mijn onhandigheid kennende – zo weinig vertrouwen had in deze wissel dat ze met haar rug naar het parc fermé was gaan staan om het maar niet aan te hoeven zien. Thanks, mam.  

Hierna was het tijd voor 23 kilometer fietsen, grotendeels in de regen. Het was tevens de eerste keer dat ik in de regen op een racefiets zat, dus ik remde nog meer dan normaal af in elke bocht en heb door dat belabberde bochtenwerk waarschijnlijk een minuut of twee verloren. Afgezien daarvan ging het fietsen wel aardig. Ik kwam weer uit op een gemiddelde van 31 km/uur, wat niet heel snel is, maar gezien de wind, regen en het optrekken vanuit 5 km/uur na elke bocht wel acceptabel. Voor nu. Ik bedacht me ook dat een kilometerteller geen overbodige luxe zou zijn als ik volgend jaar langere afstanden ga doen. Die vier rondjes kon ik nu wel tellen, maar als ik er zeven had moeten rijden zoals de kwart-triatlonners was ik de tel misschien kwijtgeraakt.

Terug in het parc fermé kwam ik voor een onaangename verrassing te staan: mijn hardloopschoenen waren natuurlijk volledig doorweekt na een uur regen. Ik goot er een laagje water uit en wurmde mijn voeten in de kletsnatte stof. Geen prettig begin van een hardlooprondje. Toch ging het lopen verrassend goed. Ik had nog veel energie, zag een hoop targets voor me en kon van atleet naar atleet lopen. Kwam waarschijnlijk deels door het weer: als het regent en een beetje koud is ben ik op mijn best. Die vijf kilometer liep ik in 21:33, wat de snelste looptijd bij de dames was. Ik werd vierde. Tevreden zocht ik mijn spullen bij elkaar. Ik had er weer van genoten. Mijn familie iets minder, die waren verkleumd en doorweekt. Maar ik had ze wel gehoord bij elke doorkomst – evenals Frank en Monique – en dat helpt toch. Op naar nummer drie!

Ontvang blogski's via mail